De Natuurherstelwet heeft gevolgen voor de bouwsector, zo moeten bouwers en ontwikkelaars in de toekomst aantonen dat zij de natuur niet verslechteren. Annemarie van Doorn, directeur DGBC: “Het niet verslechteren van de natuur is wat ons betreft dan ook een minimale eis voor elk bouwproject. De Natuurherstelwet dwingt ons om eerst te denken over de impact van onze bouw op de natuur en vervolgens gedegen keuzes te maken. Zoals niet bouwen of alleen te bouwen als er meer natuur of ecologische waarde voor in de plaats komt”.
Trias Ecologica
Voor het juiste handelingsperspectief introduceert DGBC de ‘Trias Ecologica’ voor de bouwsector. Net als bij ‘Trias Energetica’ bestaat ons model uit drie stappen:
1. Reduceren – niet bouwen
De eerste stap is de meest natuurvriendelijke: het verminderen van de vraag naar nieuwbouw. Doorstromen binnen of tussen woongebouwen wordt eenvoudiger om gezinssamenstellingen beter te laten aansluiten bij de woning. Op die manier wordt de vraag naar nieuwbouwwoningen verminderd. Daarnaast kunnen we bestaande gebouwen intensiever benutten. Als voorbeeld noemt Van Doorn: “Zo is veel kantoorruimte wel verhuurd, maar heeft een enorm lage bezettingsgraad. Door deze ruimten meervoudig in te zetten kan je zorgen voor een betere benutting.”
2. Optimaliseren
De tweede stap is het zo goed mogelijk gebruikmaken van wat al beschikbaar is. Dat betekent bestaande stedelijke gebieden - inclusief (lege) bedrijventerreinen - zo efficiënt mogelijk benutten en optimaliseren. Renovatie heeft de voorkeur boven sloop/nieuwbouw. Denk aan herbestemmen, transformatie, woningen splitsen, optoppen et cetera. En als je renoveert, transformeert of verbouwt in een bestaand gebied, doe je dit zo duurzaam en ecologisch verantwoord mogelijk, waarbij je natuur en biodiversiteit toevoegt aan dit stedelijke gebied, zodat de natuur zich hier kan ontwikkelen.
3. Duurzame nieuwbouw
De derde stap is dat we er bij nieuwbouw voor moeten zorgen dat dit zo duurzaam mogelijk gebeurt, waarbij we meer natuur toe aan de bouwlocatie dan er was en samenwerken met de bestaande natuur. Want als je bouwt, doe dit dan bij voorkeur in al bebouwde gebieden en houd hierbij rekening met klimaatadaptatie en natuurinclusiviteit.
De natuur in de EU Taxonomie en CSRD
Peter Gabriëls, senior projectmanager bij DGBC, ziet dat er vanuit Europa steeds meer aandacht is voor biodiversiteit: “Ook de Europese richtlijn Corporate Sustainability Reporting Directive (CSRD) die per 1 januari 2024 ingaat, zorgt voor verandering. Grote bouwbedrijven en ontwikkelaars worden hiermee gevraagd om te rapporteren over hun impact op biodiversiteit.“
Een ander voorbeeld is de EU Taxonomie. "Hierin staat dat bouwprojecten in het landelijk gebied niet meer als 'groen' mogen worden beschouwd. Op akkerlanden wordt de voorkeur gegeven aan het uitbreiden en het herstel van de natuur. Akkerlanden worden alleen bebouwd voor maatschappelijke doeleinden, waarbij de ecologische waarde na de bouw hoger is dan ervoor.”
Gabriëls tot besluit: “Er moet letterlijk meer ruimte komen voor de natuur om te herstellen en uit te breiden. We moeten dus selectiever zijn in waar we bouwen. Niet meer bouwen in gebieden met de meeste potentie om de natuur te herstellen of te versterken en wanneer we wel overgaan tot bouwen, ons juist richten op optimaliseren en kiezen voor duurzame nieuwbouw.”
4 vragen over de Natuurherstelwet
Wat is de Natuurherstelwet?
Op 12 juli 2023 heeft het Europees Parlement positief gestemd over de Natuurherstelwet, een initiatief van Eurocommissaris Frans Timmermans. Ongeveer 80 procent van de leefgebieden verkeert volgens de Europese Commissie momenteel in slechte staat door factoren als vervuiling, droogte en overbemesting. Dit wetsvoorstel maakt deel uit van de Green Deal, een uitgebreid pakket aan maatregelen dat beoogt de Europese Unie tegen 2050 klimaatneutraal te maken.
Wat is het doel van de Natuurherstelwet ?
Het wetsvoorstel beoogt het herstel van de aangetaste natuur in Europa en legt lidstaten een inspanningsverplichting op om geen activiteiten toe te staan die de natuur verder verslechteren, behalve als die een openbaar belang dienen, zoals windmolens op zee. Het voorstel gaat over herstelmaatregelen die ervoor moeten zorgen dat in 2030 ten minste 20 procent van de land- en zeegebieden van de EU hersteld is en in 2050 alle aangetaste ecosystemen. Het bevat juridisch bindende streefcijfers en verplichtingen voor natuurherstel voor alle ecosystemen die op de bijbehorende lijst staan - van bos- en landbouwgrond tot mariene, zoetwater- en stedelijke ecosystemen.
Het voorstel is flink afgezwakt na een intensieve lobby uit vooral christendemocratische hoek, zo wordt er niet langer een resultaat geëist, maar een inspanning. Toch vrezen onder andere Bouwend Nederland en de politiek dat het een ‘stikstofdossier 2.0’ wordt, waardoor de bouwsector opnieuw stil komt te liggen.
Wat zijn de voordelen van de Natuurherstelwet?
Uit een quickscan gedaan door advies- en ingenieursbureau Arcadis, in opdracht van het ministerie van Landbouw, blijkt dat de Natuurherstelwet op lange termijn positieve effecten heeft. Het gaat daarbij om effecten op de brede welvaart in Nederland wanneer er gekeken wordt naar natuur, milieu en kwaliteit van de leefomgeving. Daarnaast kunnen de kosten die optreden als het wetsvoorstel niet in werking treedt en de biodiversiteit in Nederland verder achteruitgaat, hoog zijn. Uit onderzoek van de Europese Commissie blijkt ook dat elke euro die we in Europa investeren in natuurherstel ons 8 tot 38 euro oplevert.
Wanneer treedt de Natuurherstelwet in werking?
Belangrijk om te weten: de Natuurherstelwet is nog niet definitief. Deze is nu nog in onderhandeling vanuit de Europese Commissie, Europees Parlement en de Europese Raad. Er wordt naar gestreefd om aan het einde van dit jaar een definitieve Natuurherstelwet te kunnen presenteren.
Annemarie van Doorn werd geinterviewd door Cobouw over de visie van DGBC op de Natuurherstelwet. Klik hier voor het artikel.