Binnen ABN AMRO was er altijd al een hoge ambitie voor verduurzamen van de eigen vastgoedportefeuille. Dat blijkt uit de vele BREEAM certificaten, met als hoogtepunt de award voor beste BREEAM-InUse project voor het hoofdkantoor in Amsterdam. Op gebied van circulaire economie werd verder geëxperimenteerd met het paviljoen Circl, het circulaire clubhuis dat nu ook de basis vormt voor het Dutch Green Building Week.
Timing is everything
In 2015 werd het bankgebouw in Alkmaar verduurzaamd. Een doorsnee kantoorgebouw van circa 5.000 vierkante meter uit 1950. Voor dit pand werd de lat hoger gelegd dan toen gebruikelijk: de doelstelling was een een zeer energiezuinig kantoorpand. ‘Paris Proof bestond nog niet, maar deze verbouwing voldeed al wel aan die kwalificatie’, aldus Christa Beaufort, Manager Strategy, Innovation & Organisation bij ABN AMRO Facility Management. ‘De verbouwing is afgestemd op het reguliere onderhoudsplan en de bijbehorende budgetten. Dat wat je eventueel extra moet doen, moet op het juiste moment gebeuren. En de je moet de effecten van de terugverdientijd meenemen. Verduurzamen is meer een investering dan een kostenpost.’ Samen met Royal Haskoning DHV (RHDHV) werd een plan gemaakt voor alle panden in de eigen portefeuille. ‘ABN AMRO was vroeg met deze ambitie’, vertelde Thomas Verhoeven, Projectmanager bij RHDHV. ‘Veel vastgoedeigenaren wachten toch op de aanpassing van de regelgeving. Wij vinden juist dat er nu al veel kansen liggen. Het geheim zit in timing; gaat om de juiste timing en de afstemming met je huisvestingsplannen voor de langere termijn. Daarvoor moet ook een goede financiële onderbouwing worden gemaakt.’
Scenario's
ABN AMRO is op een missie, Missie2030. Met Missie2030 stelde de bank zichzelf ten doel om in 2023 de eigen panden naar minimaal label A te brengen en in 2030 de gehele onroerendgoedportefeuille van woningen en gebouwen die worden gefinancierd naar gemiddeld label A te hebben gebracht. Die ambitie is vorig jaar zelfs aangescherpt. ‘Wij willen graag onze eigen vastgoedportefeuille in 2030 al Paris Proof hebben’, stelde Christa. ‘Dat is twintig jaar eerder dan het Paris Agreement als uitgangspunt neemt. Samen met RHDHV zijn daar scenario's voor gemaakt, scenario’s die Paris Proof ook met de circulaire economie combineren. Dat doen we door af te stemmen op de levenscyclus van producten of te zoeken naar hergebruikmogelijkheden. Ook dat is een kwestie van timing.’ Thomas zou dat alle vastgoedeigenaren willen aanraden: ‘Als je weet waar je wilt zijn met je gebouwen in 2030, dan kan je daarop je planning maken. Gebruik ook die termijn én je reguliere huisvestingsplanning om maatregelen te synchroniseren. Ga niet nu in maatregelen investeren die later geen bijdrage leveren aan het totaalplaatje.’
Instrumenten
Anouk Noordam, vanuit de Sustainable Finance Desk bij ABN AMRO betrokken bij Missie2030, sprong daar meteen op in: ‘Voor veel ondernemers is dat wel een flinke uitdaging. Wij hebben alleen al bij de Commercial Bank 35.000 klanten die bij elkaar ongeveer 85.000 panden bezitten. Wij kunnen als bank wel degelijk een rol spelen in hun verduurzamingsstrategie door het onderwerp op de agenda te zetten als we elkaar spreken. Onze relatiemanagers hebben daar een actieve bijdrage in Om te zorgen dat ze naast financieel advies ook in duurzaamheid thuis zijn, hebben we de Circl Academy opgezet: ons kennisinstituut voor verduurzaming, waar alle collega’s kunnen bijleren op een keur aan onderwerpen. Ook ontwikkelen we instrumenten voor onze klanten om duurzame afwegingen te maken. De Duurzame Investerings Tool is een voorbeeld daarvan.’ Anouk denkt wel dat er een andere houding in de maatschappij moet komen: ‘Het jaar 2050 lijkt nog zo ver weg. Niet veel mensen realiseren zich dat we nú stappen moeten nemen.’
Gedragsverandering
Binnen ABN AMRO is er wel een verandering in gang gezet, zo vertelde Petran. Met de Circl Academy heeft elke collega toegang tot duurzame kennis. En werken aan duurzaamheid begint met kennis, maar het gaat ook om het besef en het daadwerkelijk doen. ‘Misschien moeten we vaker een warmetruiendag in de wintermaanden doen’, grapte hij. Christa haakte daar graag op in, want veel kleine stapjes maken een grote verandering: ‘We hebben bijvoorbeeld het sluipverbruik in gebouwen gemeten - de elektriciteit die wordt verbruikt door apparaten die in sluimerstand nog steeds zijn aangesloten op het net. at is zo ongeveer 5% van het totale verbruik. Dat is een eenvoudige besparing, zou je denken. Je moet het wel doen. Je kunt een gebouw nog zo energiezuinig maken: de gebruiker bepaalt het verbruik.’
De deelnemers aan deze ronde tafel waren het erover eens: bewustwording is een eerste stap, gedragsverandering een heel belangrijke volgende. Alleen dan kan - met intrinsieke motivatie of ingegeven door een aantoonbaar financieel voordeel - de route naar Paris Proof succesvol worden opgestart.