Van Rooijen sprak tijdens de bijeenkomst ‘Aardgasvrije gebouwde omgeving’, georganiseerd door IVBN (Vereniging van Institutionele Beleggers in Vastgoed Nederland) in samenwerking met VNG, BZK, RVO en DGBC. Er worden onder meer de eerste ervaringen uit de eerste 27 proeftuinen aardgasvrije wijken gedeeld. Begin volgend jaar zal BKZ een uitvraag doen voor de volgende tranche proeftuinen. Wethouder Lot van Hooijdonk heette de gasten welkom in het Utrechtse Stadskantoor. Van Hooijdonk vertegenwoordigt namens de VNG de gemeenten aan de Klimaattafels. En Utrecht heeft met Overvecht Noord een van de proeftuinen.
Regelgeving
Rene Schellekens van RVO gaf vervolgens een inzicht in het instrumentarium. Belangrijk wordt de warmtetransitievisie. In 2021 moeten gemeenten per wijk een visie op de toekomstige duurzame -aardgasvrije- energievoorziening publiceren, zo vertelt Schellekens. Minimaal acht jaar voordat de het aardgas daadwerkelijk wordt afgesloten, moet dit besluit definitief zijn. Zo krijgen eigenaren de tijd om zich hierop voor te bereiden. Een aantal gemeenten zal al eerder naar buiten komen. De ouderdom van het gasnet, de eigendomsstructuur in de wijk en kansen voor duurzame warmtebronnen zijn elementen die deze keuze en volgorde bepalen, licht hij toe.
Ervaringen Utrecht en Amsterdam
De gemeenten Utrecht en Amsterdam delen hun ervaringen met de proeftuinen in hun gemeente. Er is volop geleerd en geëxperimenteerd. “We kunnen er een boek over schrijven”, vertelt Wybo Jurgens, projectmanager aardgasvrije wijken van de gemeente Amsterdam. Zo heeft een wijk interesse in aquathermie, worden bewonersinitiatieven gesteund en blijkt bovenal communicatie en participatie essentieel. De gemeente Amsterdam start daar al vroeg mee en gaat met een informatiebus de wijken in. Dat Amsterdam zelf budget heeft om onrendabele toppen in wijken te subsidiëren, zorgt voor een vliegende start.
Waar in de eerste ronde vooral corporaties wijken ingediend hebben, is nu het verzoek om ook vanuit belegger en de utiliteitsbouw met projecten te komen. “Utiliteitsbouw blijkt namelijk een belangrijke rol te kunnen vervullen”, vertelt Fred Jonker van gemeente Utrecht. Het draagvlak bij deze partijen is hoger en de extra vraag naar warmte- en koude maakt de aanleg van collectieve netten rendabeler. Dit zijn sleutelfactoren voor opschaling op wijk- en gebiedsniveau.
Matchmaking
In het tweede deel van de bijeenkomst gingen de gemeenten Amsterdam, Den Haag, Rotterdam en Zaanstad in gesprek met beleggers over de samenwerking tussen beleggers en overheid. Beleggers zijn gestart om routekaarten een toekomststrategie voor hun portefeuille op te stellen. De afwegingen die gemeenten maken in de transitievisie en die beleggers en andere stakeholder in de wijk maken over hun portefeuilles moeten bij elkaar komen. De eerste contacten zijn deze middag gelegd. Vanuit Amsterdam was nadrukkelijk de oproep om dit een vervolg te geven en ook de beleggers deel uit te laten maken van de Citydeal, het overlegorgaan tussen gemeenten en andere betrokkenen in de energietransitie.