Bekijk hier de DGBC Kieswijzer >>
“Kijken we naar 2030 of zelfs 2050, dan zal pakweg het leeuwendeel van de bestaande gebouwen er nog staan. Daarom moet er meer aandacht zijn voor het verduurzamen van de bestaande gebouwen. En dat betekent besparen, want zeker bij woningen isoleren, willen we de resterende energievraag groen kunnen opwekken om de overstap naar een aardgasvrije energievoorziening mogelijk te maken”, zegt Mooij. Het stimuleren van betere isolatie door subsidies en labelverplichtingen komt in negen van de dertien partijprogramma’s terug. Een goed gegeven, als het aan DGBC ligt. Wel mag de focus meer op de utiliteit in plaats van alleen op woningen, zoals nu nog veel gebeurt. Een integrale aanpak met subsidies, een helder einddoel en dwingende wetgeving voor het verduurzamen ontbreekt. Het blijft te veel hangen bij abstracte woorden.”
Ambitie
In dat kader valt de ambitie van de Partij voor de Dieren op. Deze partij met een uitgesproken ‘groene’ ambitie lijkt bijna het Paris Proof-plan van DGBC bij de hand te hebben genomen en is zelfs nog ambitieuzer: ‘Uiterlijk 2030 gebruiken kantoren 65% minder energie, exact de Paris Proof-boodschap. De energiebesparingsplicht wordt strenger gehandhaafd’.
Groen opwekken
Waar het aan de ene kant hard nodig is om de energievraag van gebouwen terug te dringen, moet de nog resterende energie groen opgewekt worden. Daarover is meer verschil van inzicht tussen partijen. Zonne- en windenergie zijn veelgenoemde oplossingen. Over de toepassing van biomassa, CO2-opslag, wind op land, kernenergie en zonneparken verschil de partijen van mening. “We hebben berekend dat we voor 2050 genoeg groene energie kunnen opwekken. Wind op zee vormt daarbij het grootste potentieel. Daar moet Nederland vol op inzetten”, aldus Mooij. “Maar”, gaat hij verder: “energie die niet nodig is, hoeft ook niet opgewekt te worden. Start daarom bij het gebouw, maak het energiezuinig en daarmee comfortabeler, couranter en gezonder, en voorzie gebouwen van PV-panelen. Dat maakt de collectieve opgave zoveel makkelijker, zeker met het oog op de discussie rond groene opwek en de ruimtelijke ordening.”