"Radicaal verduurzamen kan wél”, zegt Rob Boogaard, CEO van Interface. En dat is ook de boodschap die hij op 2 december wil laten horen tijdens het Green Leadership Summit in Buitenplaats Amerongen, georganiseerd door Dutch Green Building Council. Wie volgens Boogaard het goede voorbeeld geeft? Zijn eigen bedrijf: Interface, al tien jaar lang in de top-3 van meest duurzame ondernemingen wereldwijd volgens het GlobeScan Sustainability Report.
Spear-in-the-chest
Het was 1994 toen de Amerikaanse tapijtgigant voor het eerst werd geconfronteerd met het begrip duurzaamheid. “Het was een vraag van een klant”, vertelt Boogaard. “Wat Interface, dat voor haar tapijt veel olie gebruikte, eigenlijk deed voor het milieu.” Ray Anderson, de oprichter en toenmalig topman van Interface, liet de vraag op zich inwerken, las werk van milieuactivist Paul Hawken en besefte dat het anders moest. “Het was een spear-in-the-chest-moment”, vertelt Boogaard.
Bakker zonder meel
Hij vervolgt: “Maar ga maar eens tegen een bakker zeggen dat hij geen meel meer mag gebruiken. Dat is heel moeilijk.” Hetzelfde gold voor Interface’s afhankelijkheid van olie. De ruggen van de tapijten bestonden voor het grootste gedeelte uit deze fossiele grondstof. Toch besloot Interface de ‘war on waste’ aan te gaan. Radicaal. “Doel was om de verspilling van tijd, materiaal en energie tegen te gaan.”
De cijfers
Ten opzichte van peiljaar 1996 heeft Interface in Europa haar CO2-uitstoot met 90% teruggebracht. Het energieverbruik is met 50% gereduceerd. “En de energie die we nog gebruiken, is duurzaam opgewekt”, voegt de CEO toe. Ook de producten van Interface worden steeds milieuvriendelijker. “Want een groen bedrijf met bruine producten, of een bruin bedrijf met groene producten, dat kan niet. Zowel de bedrijfsvoering als de producten moeten duurzaam zijn.”
Duurzame producten
Interface probeert voor haar tapijt steeds minder materiaal te gebruiken. “Daarnaast recyclen we sinds 2007 materiaal van oude tapijten voor nieuwe producten. Onze Europese producten bestaan voor 55% uit gerecycled materiaal. Maar we hebben ook producten die nog niet zo duurzaam zijn”, geeft Boogaard toe. “We proberen onze klanten steeds meer te bewegen richting milieuvriendelijke producten.”
Uitdagingen voor de vastgoedbranche
Met deze cijfers en de ranking in de GlobeScan wil Boogaard laten zien dat radicale verduurzaming wél kan. En dat het zich uitbetaalt. Volgens Boogaard een wijze raad aan de bouw- en vastgoedbranche, die hij tijdens het Green Leadership Summit toespreekt. “De gebouwde omgeving is verantwoordelijk voor een grote energieconsumptie en hoge CO2-uitstoot. De uitdaging hier is de energiebehoefte drastisch omlaag te brengen.”
Zendingswerk
Rob Boogaard ziet het als zijn maatschappelijke verantwoordelijkheid “het verhaal van Interface breed uit te zetten”. Om andere bedrijven verder te helpen. Maar ook om zelf inspiratie op te doen. “Juist die laatste duwtjes zijn voor ons het moeilijkst”, weet hij. Zo neemt Interface deel aan Green Deals over afval, nodigt het in haar bezoekerscentrum in Scherpenzeel vertegenwoordigers van andere bedrijfstakken uit om tot innovatieve oplossingen te komen en doet Boogaard veel zendingswerk in de EU Corporate Leaders Group onder leiding van de Prins van Wales. Ook is hij aanwezig op de Klimaattop in Parijs.
Met stip
Eerder dit jaar is Boogaard doorgedrongen tot de Duurzame Vastgoed 50 en onlangs is hij met stip binnengekomen op nummer 11 in de Duurzame Trouw Top 100. “Hier word ik nederig van want ik vertegenwoordig met trots de resultaten van 3500 Interface medewerkers.”
Lees ook meer over het Green Leadership Summit.
