FOR ENGLISH SCROLL DOWN
Het moet circulair en het liefst nog circulairder. Het lijkt het nieuwe modewoord binnen bouwend Nederland. Waar een decennium terug alles duurzaam en groen moest zijn, is het nu circulariteit dat de klok slaat. Maar, van een circulair gebouwde omgeving is voorlopig nog geen sprake.
De huidige economie is nog vaak gebaseerd op het uitbuiten van niet-hernieuwbare bronnen. We oogsten, benutten en danken materialen af op een lineaire manier, wat schadelijke gevolgen heeft voor zowel ons klimaat als het milieu. Zeker gezien de groei van onze steden, die met slechts 3% procent van de totale oppervlakte van de aarde verantwoordelijk zijn voor 75% van het wereldwijde energie- en materiaalgebruik, zullen we af moeten van de lineaire denkwijzen, en naar een circulaire economie toe moeten. Dat levert niet alleen een milieubesparing, maar ook een kostenbesparing op. Maar, dan moeten we wel efficiënter gebruik maken van de beschikbare grondstoffen en materialen. Kortom, circulair bouwen is bittere noodzaak. En meer dan een hippe definitie.
Maar wat is een circulair gebouw? En hoe meet je die circulariteit dan? Vooral op die laatste vraag moeten veel partijen het antwoord schuldig blijven. Voor DGBC, Metabolic, SGS Search en Circle Economy des te meer reden om het thema eens verder uit te diepen. Een goed idee, zo erkende de Redevco foundation, dat besloot het project te sponsoren.
Strategisch framework
In oktober van 2018 werden de maandenlange inspanningen beloond met de lancering van het rapport A Framework for circular buildings. Tijdens het onderzoek is gekeken naar welke circulaire indicatoren aan BREEAM-NL kunnen worden toegevoegd om een circulair gebouw beter meetbaar te maken. BREEAM-NL is een instrument om integraal de duurzaamheid van nieuwe gebouwen, bestaande gebouwen, gebieden en sloopprojecten te meten en te beoordelen. De afgelopen jaren is er in Nederland al meer dan 10 miljoen vierkante meter mee gecertificeerd en verduurzaamd.
Volgens Edwin van Noort, die namens DGBC bij de totstandkoming betrokken was, ligt er voor de netwerkorganisatie een natuurlijke taak om met dit soort vraagstukken aan de slag te gaan. “We streven naar het verschaffen van handvatten en criteria voor ontwerptrajecten, aanbesteding, tenders en certificering. Dat gebeurt veelal doormiddel van samenwerking en dit project is daar een goed voorbeeld van.”
Het project bestond grofweg uit twee delen. In eerste instantie is er gekeken hoe de circulaire economie kon worden vertaald naar de definitie van een circulair gebouw (zie afbeelding). Daarin zijn ontwerpstrategieën verder uitgediept en is onderzocht welke impactcategorieën onder het begrip circulariteit vallen. Daarna is gekeken hoe dit in een framework kon worden afgekaderd. In het tweede gedeelte zijn vervolgens zeven strategieën verder uitgewerkt in substrategieën en meetbare indicatoren.
Strategieën
De zeven algemene strategieën geformuleerd door Circle Economy vormden een belangrijke basis in de zoektocht naar strategieën die doorwerken op gebouwniveau. Drie van deze strategieën (Prioritise, Preserve en Use) focussen op het optimaliseren van materiaalgebruik en de kringloop, terwijl de andere vier (Rethink, Design, Incorporate en Collaborate) stimulerende strategieën zijn.
Daaruit zijn er vier gebouwstrategieën geformuleerd in de vorm van Reductie, Synergie, Toevoer en Beheer. Deze vier gebouwstrategieën zijn vervolgens per impactcategorie praktisch vertaald om te kunnen worden toegepast in het framework voor een circulair gebouw. “Daaruit zijn de indicatoren ontstaan, die te vergelijken zijn met de credits binnen BREEAM. Deze indicatoren vormen uiteindelijk de daadwerkelijke praktische vertaling van een circulair gebouw”, aldus Van Noort
Implementatie in BREEAM
De vergelijking met de BREEAM-NL credits is niet toevallig. Van Noort: “Er wordt bewust gezocht naar een manier om de bovengenoemde impactcategorieën op te nemen in de certifceringsmethode.” Uit een eerste analyse blijkt dat circulariteit in BREEAM-NL al sterk voorkomt in de categorieën Biodiversiteit en Water. Cultuur, Energie, Materialen en Gezondheid zijn onderwerpen die op het gebied van circulariteit enigszins terugkomen in het duurzaamheidskeurmerk, maar in mindere mate. Het onderwerp Waardecreatie komt in BREEAM-NL nauwelijks aan bod. “Met name op het gebied van materialen kan er een grote slag geslagen kunnen worden op weg naar een circulair gebouw. De geconsulteerde expertgroep heeft aangegeven dat juist daar een focus ligt om een circulair gebouw goed op waarde te kunnen schatten”, benadrukt Van Noort.
Een projectteam en een expertgroep hebben inmiddels een eerste analyse achter de rug. Door deze analyse met BREEAM-NL is de nadruk voor de verdere uitwerking vooral gelegd op de categorieën Materialen, Energie en Water. Deze impactcategorieën zijn benoemd tot op het niveau van de indicatoren. Na overleg met de geconsulteerde expertgroep is besloten om op een zestal indicatoren (zie kader) te focussen, omdat deze volgens de experts kernachtig een indicatie geven van de circulariteit van een gebouw, naast de traditionele milieu-impact indicator die al in BREEAM-NL is te vinden.
Vervolgstappen
Om het framework te integreren in het huidige BREEAM keurmerk is het nodig dat de conclusies nu besproken worden met de BRE (de schemabeheerder van BREEAM) en de adviesgroep Nieuwbouw & Renovatie van de Dutch Green Building Council. Van Noort: “Het is nu zaak om de indicatoren te gaan testen en uit te zoeken hoe ze in de praktijk tot uiting komen. Dan kunnen we kijken hoe ze in BREEAM kunnen worden opgenomen. Dit zal er uiteindelijk aan bijdragen dat circulair bouwen echt meetbaar en inzichtelijk wordt.”
Indicatoren
- Terugbrengen van de hoeveelheid gebruikte materialen
- Demontabel ontwerpen
- Maximaliseren van de hoeveelheid hergebruikte materialen
- Maximaliseren van de hoeveelheid hernieuwbare materialen
- Beschikbaarheid van informatie over product, element en materiaal
- Geen of minimale toxiciteit bij ontwerp
De Nederlandse vertaling kwam tot stand op initiatief van VBI, tevens een van de founding partners van DGBC.
A framework for circular buildings - indicators for possible inclusion in BREEAM
This report provides a general framework for circular buildings and proposes concrete strategies and indicators for possible inclusion in BREEAM New Construction and Refurbishment & Fit-Out (NC & RFO). The aim of the report is twofold: to provide stakeholders from government, business and academia with a basic framework to approach circularity in buildings, and to accelerate the transition to a circular built environment by suggesting strategies and indicators for integrations into leading global standards for sustainable buildings like BREEAM.
The definitions used in the framework are aligned with the Transition Agenda for circular construction in The Netherlands. The proposed strategies further build on the strategies presented in the recently published Roadmap for Circular Land Tendering as well as on a range of existing frameworks and tools. The suggested indicators are either adaptations of existing indicators in BREEAM RFO and NC, or entirely new indicators. The final list of suggested indicators was created with input from external experts.