In aanloop naar de uitkomst van de berekening van PBL deelt DGBC alvast een aantal maatregelen die genoemd staan voor de gebouwde omgeving. Eind december is door Ed Nijpels het Ontwerp Klimaatakkoord gepubliceerd, het resultaat van onderhandelingen aan vijf Klimaattafels. Dit akkoord moet leiden tot 49% CO2-reductie in 2030 ten opzichte van 1990 en een CO2-neutrale energievoorziening in 2050. De Klimaattafel voor de gebouwde omgeving werd voorgezeten door Diederik Samson. DGBC nam deel aan die tafel, in de werkgroep utiliteitsbouw en licht een aantal opvallende punten toe.
Energie-infrastructuur
Binnen het Ontwerp Klimaatakkoord gaat er veel aandacht uit naar de transitie van de energie-infrastructuur. Daarom worden er regionale energietransitie strategieën (RES) opgesteld, met op wijkniveau door gemeenten warmtetransitieplannen. In 2021 moeten deze plannen gereed zijn. Dat is voor gebouweigenaren een belangrijk moment, omdat de infrastructuur bepaalt of een woning of gebouw op een warmtenet kan worden aangesloten. Is dat niet het geval, dan is een warmtepomp een optie.
Test met 27 wijken
In 2018 zijn al 27 wijken aanwezen waar ervaring wordt opgedaan met het uitfaseren van de aardgasinfrastructuur. Met woningcorporaties en warmtebedrijven worden tot 2030 1,5 miljoen woningen verduurzaamd, in eerste instantie vooral via warmtenetten. Daarnaast is er aandacht voor het verlagen van de warmtevraag van woningen, bijvoorbeeld door de isolatie te verbeteren. Dat is in alle gevallen het startpunt voor verduurzaming en bij een warmtepomp een absolute voorwaarde.
Wet milieubeheer
In de utiliteitsbouw wordt tot 2021 gewerkt aan een wettelijk eindnorm voor 2050 die uitgedrukt wordt in kWh/m2 verbruik per jaar. In de komende jaren zal de aandacht uitgaan naar het aanscherpen en handhaven van bestaande regelgeving, zoals de erkende maatregelen van de Wet milieubeheer, die is uitgebreid met een informatieplicht. Gebruikers moeten via het eLoket voor 1 juli 2019 rapporteren over getroffen energiebesparende maatregelen. Maatregelenlijsten zullen verduidelijkt worden zodat helder is waar de eigenaar en de gebruiker voor verantwoordelijk zijn. Om gebruikers en eigenaren inzicht te geven in hun situatie en handhavers gericht op pad te sturen is vanuit het Klimaatakkoord het doel om een datastelsel in met gebouwinformatie op te zetten. Het Platform Duurzame Huisvesting, met DGBC als lid, is verantwoordelijk voor het opzetten van dat datastelsel.
Sectorale routekaarten
Maatschappelijk sectoren (waaronder onderwijs, zorg) worden vanuit het Klimaatakkoord verplicht om voor 1 mei 2019 sectorale routekaarten op te stellen. In deze routekaarten geven de sectoren de visie, mijlpalen, CO2-reductie, en knelpunten op weg naar 2050 aan. Commerciële sectoren worden uitgenodigd om dit voorbeeld te volgen. In een volgende fase is het doel om routekaarten op portefeuilleniveau, ofwel duurzame meerjarenonderhoudsplannen op te stellen. Juni 2020 moet hier een format voor beschikbaar zijn. Sectorale en instellingsroutekaarten worden vierjaarlijks gemonitord. Als de doelen voor 2050 uit beeld dreigen te raken, zal er een meer dwingende regelgeving geïntroduceerd worden.
Wegnemen van barrières
Daarnaast is er in het Ontwerp Klimaatakkoord aandacht voor het wegnemen van barrières door onder meer subsidies, financieringsmogelijkheden en het opnemen van duurzaamheid bij taxaties en bij afspraken tussen huurder en verhuurder.
Bijdrage van DGBC
Het meewerken aan het Ontwerp Klimaatakkoord heeft voor DGBC geloond. In het Ontwerp Klimaatakkoord zijn veel punten terug te vinden waar DGBC met het Deltaplan Duurzame Renovatie naar streeft of zelfs al mee gestart is. Onderdeel van het Deltaplan zijn zogenoemde werkgroepen per sector. Een aantal werkgroepen, zoals de werkgroep Retail, is actief met het opstellen van sectorale routekaarten, terwijl de werkgroepen zorg en onderwijs zicht richten op stappenplannen en beslisbomen per instelling. In de sector kantoren wordt de eindnorm van 50 kWh per m2 steeds meer omarmd. Mede daarom kijkt DGBC reikhalzend uit naar de berekeningen van het Planbureau voor de Leefomgeving. Maar ongeacht de uitkomst blijft DGBC met partners zich inzetten voor een duurzamere gebouwde omgeving.